Sep 16, 2022 . 9 min leestijd
Inhoudsopgave:
Doe je aan vrijwilligerswerk binnen je gemeente, school, bibliotheek, een vzw of andere? Dan kan het zijn dat je vrijwilligersvergoeding ontvangt. Je leest in dit artikel hoe je hierop belast wordt, de combinatie mogelijkheden met andere inkomen en algemene regeling hieromtrent.
Om gezien te worden als vrijwilligerswerk moet je voor organisatie vrijwillig werken die geen winstoogmerk heeft. Zoals een vereniging zonder winstoogmerk (vzw), een feitelijke vereniging zonder winstoogmerk of een stichting van openbaar nut. Vrijwilligerswerk doet je steeds op vrijwillige basis. Er zou geen verplichting moeten zijn.
In sommige gevallen moet je toelating vragen of je melden om vrijwilligerswerk te verrichten. Dit is zo als je de volgende uitkering ontvangt:
werkloosheidsuitkering;
uitkering door een ziekenfonds;
een leefloon via een dossierbeheerder.
Als je in een collectieve of individuele opvang verblijft moet je je ook aanmelden of toelating vragen.
Een vrijwilliger is altijd iemand die ervoor kiest om zonder betaling in te zetten om de doelstellingen van een organisatie te realiseren.
Je moet minstens 16 jaar worden in de loop van het jaar dat vrijwilligerswerk verricht. Jongeren onder de 15 jaar mogen niet vrijwilligen.
Je mag als ontvanger van een uitkering aan vrijwilligerswerk doen. Het is steeds verplicht om een toelating te vragen of je aan te melden bij de RVA (werkloosheid), Mutualiteit (arbeidsongeschiktheid) of het OCMW (leefloon).
Als je van een werkloosheidsuitkering geniet is het belangrijk dat je beschikbaar blijft voor de arbeidsmarkt.
Je mag als zelfstandige vrijwilligerswerk doen. Het is verboden om prestaties te doen als vrijwilliger voor een organisatie waarvoor je al dezelfde prestaties levert als zelfstandige.
Als werknemer kunt je geen vrijwilligerswerk doen voor de organisatie waar je een arbeidsovereenkomst hebt en dezelfde of soortgelijke activiteiten verricht als werknemer.
Je mag tijdens je tijdskrediet en loopbaanonderbreking je inzetten voor vrijwilligerswerk zonder dat dit een impact met zich meebrengt.
Er is geen limiet aan het aantal uren dat vrijwilligers kunnen werken. Het is belangrijk dat je de grensbedragen respecteert, zodat jouw forfaitaire vergoeding niet als loon wordt geherkwalificeerd.
Jongeren onder de 18 jaar mogen niet meer dan 23 uur vrijwilligerswerk verrichten en jongeren onder de 16 jaar niet meer dan 22 uur.
Jongeren van 15 jaar of jonger kunnen geen vrijwilligerswerk doen.
Per definitie kun je als vrijwilliger niets verdienen. Je doet alleen vrijwilligerswerk omdat je dat wilt, niet omdat je dat moet. Het is dus niet zo dat je een loon ontvangt voor de uren die je presteert. Het is altijd een terugbetaling of onkostenvergoeding voor jouw werkelijke of forfaitaire kosten.
Er zijn twee manieren van terugbetaling. Werkelijke vergoeding van gemaakte kosten. Deze methode kent geen maximumbedrag, maar het moet altijd gaan om werkelijke kosten met bewijsstukken. Alhoewel er geen maximumbedrag, is belangrijk dat je binnen de perken blijft en niet te ver gaat. Als de kosten verband houden met vrijwilligerswerk, is dat voldoende; alles wat daarbuiten valt, kan niet worden vergoed.
De andere methode is het forfaitaire kostenvergoeding. Hier krijg je een dagtarief als terugbetaling. Hier is wel een maximum. Als je boven dit maximum gaat kan je vergoeding herzien worden als een loon waar je wel sociale bijdrage en belastingen zult moeten betalen. Per dag mag je maximaal 40,67 euro en per jaar maximaal 1 626,77 euro. Bijgevoegd kan er ook nog een kilometervergoeding worden terugbetaald. Dit bedrag is vastgelegd op 0,4201 euro per kilometer. Dit heeft ook een jaarlijks maximum van 2000 km. Er bestaat ook een verhoogde forfaitaire kostenvergoeding. Hier kan je onder bepaalde voorwaarden van genieten (lees verder meer). Concreet wilt dit zeggen dat als je voor de gewone forfaitaire kostenvergoeding kiest steeds maar 2 987,70 euro per jaar forfaitaire vergoeding mag krijgen. Bij het verhoogde forfaitaire onkostenvergoeding mag je maximaal 4 067,05 euro per jaar vergoed krijgen (maximale bedragen inclusief kilometervergoeding).
Als vrijwillige kan je een werkelijke of reële kostenvergoeding of een forfaitaire kostenvergoeding krijgen. Deze vergoeding is niet wettelijk verplicht voor de organisatie. Je mag tijdens eenzelfde jaar niet de twee kostenvergoedingen combineren. Je kan niet door het jaar van kostenvergoedingssysteem veranderen. Wijzingen aan het kostenvergoeding zijn pas het volgend jaar van toepassing. De werkelijke kilometervergoeding is wel combineerbaar met de forfait, tot max 2 000 km per jaar. De maxima voor onkostenvergoedingen zijn absoluut, ongeacht in hoeveel organisaties je actief bent.
Forfaitaire kostenvergoeding
Bij de forfaitaire kostenvergoeding krijg je dagelijks een bedrag voor je inzet zonder dat je iets hoeft te verantwoorden. Hier zijn maximum bedragen aan verbonden. Indien je boven deze bedragen gaat wordt er sociale bijdragen verschuldigd op je gewone forfaitaire kostenvergoeding.
Concreet mag je maximaal 40,67 euro per dag en 1 626,77 euro per jaar krijgen in 2023 (jaarlijks geïndexeerd bedrag).
Werkelijke (reële) kostenvergoeding.
Bij de reële kostenvergoeding moet je de bewijsstukken bezorgen aan de organisatie en je dit dan terugbetaalt. Voor je werkelijke vervoerskosten is er een maximum kilometervergoeding van 0,4201 euro per kilometer voor verplaatsingen met de wagen en 0,25 euro per kilometer voor verplaatsingen met de fiets. Bij de werkelijke terugbetaling van kosten is er geen maximum aantal kilometers. Mits het bijhouden van bewijs, kunnen alle verplaatsingen terugbetaalt worden.
Het is belangrijk dat je bij deze methode bewijsmateriaal kan voorleggen. Zonder bewijs, kan je niet terugbetaald worden. Alles dat gebruikt kan worden voor de terugbetaling; trajectbladen, kasbonnen, openbaar vervoer of facturen. De rest van het bedrag dat je niet kan bewijzen blijft wel belastbaar, ook als het onder de grensbedragen blijft.
De bedragen worden voor het volledige bedrag terugbetaalt. De werkelijke kostenvergoeding heeft geen bovengrens, maar je moet ervoor zorgen dat deze binnen de redelijkheid blijft.
Verhoogde forfaitaire kostenvergoeding
Voor wettelijk bepaalde activiteiten kan je een verhoogde forfaitaire vergoeding krijgen. De voorwaarden zijn dezelfde als voor de gewone forfaitaire vergoeding, alleen het maximumplafond is verhoogd. Dit geldt voor bepaalde vrijwilligers in de sportsector, nacht- en dagopvang voor hulpbehoevende personen en niet-dringend ziekenvervoer. Crisisvrijwilligers en vrijwilligers in vaccinatie centra genieten ook van de verhoging.
De forfaitaire kostenvergoeding wordt voor deze vrijwilligers opgetrokken naar 2 987,70 per jaar of maximaal 40,67 euro per dag (dit bedrag blijft hetzelfde als de gewone forfaitaire onkostenvergoeding).
Je kan geen verhoogde vrijwilligersvergoeding verkrijgen als je uitkering ontvangt (RVA, pensioen, OCMW).
Uitzondering kilometervergoeding bij forfaitaire kostenvergoeding.
Bij de forfaitaire kostenvergoeding kan je er bovenop nog een kilometervergoeding ontvangen voor je werkelijke gereden kilometers. Bovenop het forfaitair maximum kan je nog 0,4201 per kilometer als vrijwilliger ontvangen voor verplaatsingen met de auto. Dit kan je niet aanvragen als je over een bedrijfswagen beschikt, het moet steeds gaan over een privé wagen.
Er zijn enkele beperkingen voor mensen die een vervangingsinkomen ontvangen. Een vrijwilligersvergoeding is ook beschermd tegen schuldeisers en bemiddelaars. Zij mogen je vergoeding niet afpakken.
Kostenvergoedingen voor mensen met een vervangingsinkomen
Personen die een uitkering ontvangen (OCMW, RVA, pensioen) kunnen zowel de forfaitaire onkostenvergoeding als de werkelijke onkostenvergoeding aanvragen. Enkel de verhoogde forfaitaire onkostenvergoeding kan niet aangevraagd worden.
Kostenvergoedingen en inbeslagname of collectieve schuldbemiddeling.
In geval van inbeslagneming van de vrijwilliger wordt de vrijwilligersvergoeding niet afgepakt. Ook vrijwilligers die in een collectieve schuldbemiddeling zitten, moeten de vergoedingen nooit afdragen aan hun schuldeisers of bemiddelaars.
Kostenvergoedingen van bestuurders
Volgens de Vrijwilligerswet kunnen bestuursleden gerust een onkostenvergoeding krijgen, mits het om een echte kost gaat. Vergader- of presentiegelden zijn geen kostenvergoedingen en moeten worden aangegeven bij de fiscus.
Hou zeker al je treintickets, parkeerbonnen, kasbonnen en afgelegde kilometers voor de organisatie bij. Zonder deze bewijzen is niet mogelijk om terugbetaald te worden.
De organisatie die jou aanneemt als vrijwilliger moet al deze bewijzen kunnen voorleggen bij een inspectie. Als zij dit niet kunnen zou dit wel eens negatieve gevolgen kunnen hebben voor jou.
Bij de forfaitaire kostenvergoeding is zijn er geen bewijzen nodig. Hier is het belangrijk dat je de dagelijkse en jaarlijkse maxima's niet overschrijdt. Deze maxima's worden jaarlijks geïndexeerd.
Zorg dat je als vrijwilliger de jaar en dagmaxima niet overschrijdt. Je vrijwilligersvergoeding kan worden geherkwalificeerd als loon en bijgevolg zal je sociale zekerheid en belastingen moeten betalen over de vergoeding die je als vrijwilliger ontvangt.
Je betaalt geen belastingen op vrijwilligersvergoedingen. Deze vergoeding wordt gezien als een terugbetaling van de kosten en geen loon of prestatievergoeding.
Sinds de nieuwe regeling voor vennootschappen en verenigingen kan het zijn dan de vergoedingen die een vzw uitkeert niet vrijgesteld worden. Als de vzw hoofdzakelijk commerciële activiteiten (geen belangeloos doel en winst uitkeert) uitvoert kan dit een impact hebben op de uitbetaalde vergoedingen. Deze vergoedingen zullen niet belastingvrij zijn voor de vzw. Het is ook mogelijk dat, indien de vrijwilliger voor de commerciële activiteit van de vzw optreedt, zijn vergoeding als loon zal worden geherkwalificeerd en hij bijgevolg sociale zekerheids en belastingen zal moeten betalen.
Het is toegelaten om in meerdere organisaties bij te dragen als vrijwilliger.
De organisatie die vrijwilligerswerk organiseert is telkens verplicht een nominatieve lijst op te sturen naar de Inspectie voor RSZ. In deze lijst staan de namen van elke ingezette vrijwilliger met zijn uitbetaalde vergoedingen.
Strict gezien kan je de twee kostenvergoedingen niet combineren. Het is telkens het één of het ander. Wie een forfaitaire kostenvergoeding krijgt kan geen werkelijke kostenvergoeding aanvragen en andersom ook niet. Per jaar moet er gekozen worden voor de forfaitaire of werkelijke onkostenvergoeding.
Het is mogelijk om de forfaitaire kostenvergoeding te combineren met een kilometervergoeding. De kilometervergoeding wordt niet meegerekend bij de berekening van het jaar- en dagmaximum. Je kan slechts tot 2000 km per jaar aangeven en vergoed krijgen. Bij de verhoogde vergoeding kan je ook de 2000 km vergoed krijgen.
Bij de werkelijke onkostenvergoeding is er geen maximum aantal kilometers. Het is wel belangrijk dat je binnen de perken van het redelijke blijft bij het aanvragen van jouw vergoeding.
Vrijwilligerswerk is iets waar je voor kiest. De organisatie hoeft jouw diensten niet te vergoeden en het gaat ook niet om een uurloon. De belastingadministratie heft geen belasting over deze inkomsten, aangezien het louter om een onkostenvergoeding gaat. Ook over de vergoeding zijn geen RSZ-bijdragen aan de sociale zekerheid verschuldigd. Er zijn wél voorgeschreven maxima. Als je die overschrijdt, riskeer je wel een belasting en een RSZ-bijdrage op jouw onkostenvergoeding. Voor bepaalde groepen bestaat er een verhoogde forfaitaire onkostenvergoeding. Meer info vind je op het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk.
Alle maximum bedragen zijn voor het jaar 2023. Deze bedragen worden jaarlijks geïndexeerd en kunnen dus verschillen van jaar tot jaar.
4048 views